The Big Short: een middelmatige film met een krachtige boodschap

Door dr. D.A. Hollanders

Na de grote economische crisis in 2008 is er een handvol Hollywood-films gemaakt met de financiële crisis als onderwerp. Voorbeelden hiervan zijn Margin Call en The Wolf of Wall Street. De recentste film over de economische crisis is The Big Short. De dramaturgie is zeker niet zonder gebreken, maar toch bevat de film een krachtige boodschap.

Na 2008 ontstond de mythe dat niemand de financiële crisis had zien aankomen. Niets is minder waar; de Nederlandse econoom Dirk Bezemer liet zien dat verschillende academici deze grote crisis allang hadden voorspeld. The Big Short fictionaliseert het waargebeurde verhaal van in de financiële sector werkzame mensen die de crisis ook van ver al zagen aankomen. Verschillende vermogensbeheerders stelden in 2005 de gigantische huizenbubbel vast, waarbij de marktprijs hoger is dan de inkomens uiteindelijk rechtvaardigen. Consumenten werden verleid om een hypotheek aan te schaffen met teaser-tarieven, die later zouden worden verhoogd. De vermogensbeheerders – gespeeld door onder anderen Christian Bale en Ryan Gosling – stellen verder vast dat het merendeel van de documentatie van inkomen en vermogen van huiseigenaren frauduleus is.

In de periode 2005-2008 handelden zakenbanken massaal in mortgage-backed-securities (MBS), waarvan de waarde gebaseerd is op de veronderstelling dat huizenprijzen immer zullen blijven stijgen. De vermogensbeheerders besluiten te speculeren op prijsdalingen van de MBS-en (door “short” te gaan op de MBS-en). Als de huizenprijzen zullen dalen –zoals Bale, Gosling en de anderen voorspellen-, dan zullen de vermogensbeheerders binnenlopen.

Een groot deel van de film draait om de vraag of de vermogensbeheerders hun “Big Short” klaarspelen. Het gezegde luidt: De markt kan veel langer irrationeel blijven dan de belegger kredietwaardig. Het grootste probleem voor Christian Bale en de anderen is dat de zakenbanken stortingen (“margin calls”) eisen wanneer de prijs van de MBS toeneemt. Uiteindelijk blijven de prijzen van de MBS-en stijgen, zelfs als de huizenprijzen, waarop de MBS-en zijn gebaseerd, beginnen te dalen. Zakenbanken blijken de MBS-prijzen te manipuleren.

Uiteraard krijgen de hoofdrolspelers het voor elkaar. Ook in andere opzichten is The Big Short – zoals zoveel blockbusters – een B-film met een groot marketingbudget. De personages zijn oppervlakkig en hebben een vereenvoudigd karakter. De scènes die bedoeld zijn om de film psychologisch diepte te geven, zijn niet overtuigend en overbodig. De film bevat geen memorabele scènes. Dit is des te verrassender gezien de aanwezigheid van befaamde acteurs.

Maar dit is niet het laatste wat er gezegd kan worden over The Big Short. De film, en in het bijzonder de laatste 30 minuten, heeft een interessante en relevante boodschap. Het is een aanvullend verhaal op The Wolf of Wall Street en Margin Call. The Wolf of Wall Street schildert kleine oplichters af, terwijl Margin Call zich richt op zakenbanken die via MBS-en speculeerden op huisprijsstijgingen, prijzen manipuleerden en de activa loosden toen de crisis zich ontvouwde.

The Big Short laat zien dat niet zozeer oplichters of een enkele zakenbank de schuldigen zijn, maar dat het systeem als geheel corrumpeert. Goldman Sachs en J.P. Morgan creëerden de bubbel om ervan te profiteren, terwijl de toezichthouders medeplichtig waren. De film eindigt met de bekende val van Lehman Brothers en met de met belastinggeld gefinancierde redding van Wall Street. De film stelt deze politieke  overval het financieel-politieke complex in niet mis te verstane woorden aan de kaak.

De politieke weerslag van dit alles wordt in de film grimmig verwoord door één van de hoofdpersonen: “Ik heb het gevoel dat mensen over een paar jaar gaan doen wat ze altijd doen in een economische crisis. Ze zullen immigranten en armen de schuld geven.” Dit is inderdaad wat er gebeurt. Of zoals Shakespeare schreef: Het verleden is een proloog.

reacties