Een succesvolle, jonge ondernemer aan het woord (3)

Interview door Rudy van Belkom van Imagobureau TINK! en Fontys Hogescholen

Imago
Zoals aangegeven zijn er meer bedrijven dan ooit te voren en de keuzes die we moeten maken zijn complexer dan ooit. Daarbij komt dat we meer te doen hebben dan ooit te voren. Hieruit ontstaat een interessante paradox: het is onmogelijk om een moeilijkere beslissing te nemen in minder tijd met dezelfde mate van kwaliteit. Bedrijven kunnen het hierdoor niet meer winnen op basis van argumenten. Het gaat dus niet alleen om ‘de beste zijn’. Kortstondige associaties kunnen veel krachtiger zijn dan een goed bedrijf zijn. Denk bijvoorbeeld aan automerken. Wanneer je iemand vraagt wat de veiligste auto is, roepen velen Volvo. Dit is voornamelijk omdat zij de autogordel geïntroduceerd hebben. Maar wanneer je ze vraagt of ze ooit in een Volvo gereden hebben, kan niet iedereen dit met ja beantwoorden. Of het dus daadwerkelijk de veiligste auto ís weet men niet. De kracht van beeldvorming is dus onmiskenbaar.

Het gaat om het creëren van positieve associaties bij mensen. Dat begint allemaal bij verwachtingen. We hadden het eerder over reisorganisaties die claimen dat ze de beste zijn vaak in de praktijk door de mand vallen. Bij low budget organisaties gaat dat anders. Je zit krap in het vliegtuig, je krijgt onderweg niets te eten of te drinken, je bagage wordt op de milligram afgewogen etc. Het is eigenlijk gewoon verschrikkelijk. En toch winnen deze organisaties enorm aan populariteit. Dit komt omdat ze hun beloften waar kunnen maken. Wanneer je een imago hebt dat je waar kunt maken wat je beloofd onthouden mensen alleen de positieve aspecten, namelijk dat je voordelig bent. Wanneer je iets probeert maar het niet waar kunt maken onthouden mensen alleen de negatieve associaties, namelijk dat je te duur bent. Het begint dus opnieuw met het eerlijk zijn naar jezelf. Kunnen wij onze beloften waarmaken? Wanneer je daar consequent in bent en de verwachting steeds in positieve zin overtreft zal er dus een positieve associatie bij de consument blijven hangen. Hiervoor is geduld een vereiste. Veel bedrijven hebben daar geen tijd voor en willen dat het direct verandert. Hierdoor maken ze vaak juist grotere fouten.

Data gaan een steeds grotere rol spelen bij het creëren van een geloofwaardig imago. We leven in een hele vluchtige samenleving maar tegelijkertijd is de consument voorspelbaarder dan ooit, omdat we meer achterlaten als individu. Je hoeft er geen misbruik van te maken als je iets weet van je klant. Als je dat op een goede manier weet in te zetten, dan weet je wat je nu moet doen om morgen te vertrouwen te zijn. Wat het momenteel goed doet bij de consument zijn eenvoud en relevantie. Stel dat de Albert Heijn zegt, wij beloven dat we zonder jouw privacy te schaden om de dag precies de boodschappen leveren die jij nodig hebt. Dan zeggen we prima. Daarvoor staan we met alle liefde en plezier onze data af. Een bedrijf als Google bijvoorbeeld is zo relevant geworden dat we ze vertrouwen — of dat nou terecht is of niet. Een goed imago krijg je vervolgens door het een langere tijd goed te doen en je beloften waar te blijven maken. Dit komt steeds vaker aan op het veilig houden van persoonlijke informatie van klanten.

Ondernemerschap
Ondernemers moeten ontwikkelingen volgen vanuit een internationaal perspectief. Het zelfde nieuws zal in een Britse krant anders worden geduid dan in een Duitse of Nederlandse krant. Hier gaat het in het huidige onderwijs vaak mis. We leren alleen om vanuit Nederland te denken. Hierbij kijken we wel over de grenzen heen. Maar nooit vanuit een internationaal perspectief. Zelf heb ik de middelbare school niet afgemaakt. Dit heeft te maken met het feit dat ik tegen het systeem aanbotste. Ik wilde dingen zelf doen. Later ben ik door middel van de toelatingstoets voor 21+ op twintigjarige leeftijd toegelaten tot de Universiteit van Amsterdam, waar ik Rechtsgeleerdheid ben gaan studeren. Daarnaast volgde ik ook vakken op andere faculteiten op het gebied van psychologie, communicatiewetenschappen en economie. Losse disciplines zoals we ze nu kennen, bewaakt door poortwachters, opleidingsmanagers en hoofddocenten gaan verdwijnen, omdat disciplines steeds vaker in elkaar opgaan. Denk bijvoorbeeld aan de arts van de toekomst. Is dat een arts met specialisatie informatica en robotica? Of is het een ingenieur met heel veel verstand van het menselijk lichaam?

Mensen moeten veel langer werken dan vroeger. De belangrijkste competentie voor de toekomst is dat je in staat moet zijn om jezelf steeds opnieuw uit te vinden. Je moet proberen een autodidactisch persoon te worden. Oftewel, je moet jezelf dingen kunnen aanleren. De wereld is in een korte tijd enorm veranderd. Dit gaat in de toekomst niet anders zijn. Wil je een rol spelen in die wereld moet je dingen doen waarvan de kans groot is dat het niet gaat lukken. Als je dit tien keer doet lukt het een keer. Dit is waar de meeste ondernemers nu van dromen. Dat ene briljante idee. Maar in de praktijk kijken ze naar buiten om te zien wat er nu gebeurd en dan gaan ze dit ook maar doen.

Het gaat altijd om meerwaarde creëren ten opzichte van de status quo. Je moet jezelf de vraag stellen, hoe kan het beter? Daarbij moet je in staat zijn om het verbindende factor te vormen naar de verschillende individuele consumenten toe. Ondernemers worden steeds meer experts. Vroeger kon je nog heel gemakkelijk ‘dozen schuiven’. Het gaat in de toekomst meer om het handelen van kennis, data en techniek. Gewoon een bedrijf zijn is in deze tijd niet meer voldoende. Bedrijven moeten zichzelf opnieuw uit blijven vinden. Ze moeten zichzelf elk jaar weer de vraag stellen, als we morgen opnieuw beginnen, zouden we het dan op dezelfde manier doen? Veel grote bedrijven hebben zich deze vraag al te lang niet meer gesteld.

 

reacties