Terug naar de middelbare school met de educatieve post-master Bedrijfseconomie

For the English version, click here

Consultant, financieel analist, auditor en controller. Dit is een kleine greep uit de carrièreperspectieven waar je aan zou kunnen denken bij de master Accountancy en de master Finance. Het beroep dat echter bijna nooit wordt genoemd is docent, terwijl de afgestudeerden van beide masters zich binnen één jaar kunnen laten opleiden tot een docent Bedrijfseconomie (voorheen Management & Organisatie) op de middelbare school. 

Ieder jaar zijn er weer enthousiastelingen die aan deze post-master van Tilburg University beginnen, desondanks het mindere imago van het docentschap. Opmerkingen zoals “Heb je nu alweer vakantie?” of “Een echte vent wordt toch geen docent” helpen hier niet aan mee. Wat beweegt de docenten in spe om te kiezen voor het onderwijs, hoe ervaren zij de opleiding en wat betekent het om docent te zijn? In dit artikel lees je hier meer over. 

De keuze

Voor dit artikel spreek ik met Simone van Oosterhout, Frank Verstraten en Wim Maas, die alle drie kozen voor de educatieve post-master tot docent Bedrijfseconomie aan Tilburg University. Simone werkte voorheen als assistent accountant, maar koos ervoor om haar lang gekoesterde wens om docent te worden achter na te gaan. Ze is momenteel bezig met het tweede semester van de opleiding. Frank behaalde zijn master Finance en werkte enkele jaren in het bedrijfsleven, maar merkte dat hij niet gelukkig werd van een kantoorbaan. Hij besloot de overstap te maken naar het onderwijs, omdat dit hem eerder goed was bevallen als bijlesdocent tijdens zijn studententijd. Sinds 2019 werkt Frank op een middelbare school als Bedrijfseconomie docent. Wim kennen wij als universitaire docent aan Tilburg University. Tijdens zijn master Accountancy zocht hij een alternatieve carrière voor de vaak aangeprezen Big Four. Door het geven van bijles tijdens zijn studententijd wist hij al dat hij lesgeven leuk vond en zo stuitte hij bij zijn zoektocht op de docentenopleiding. Na het afronden van de opleiding, werkte hij één jaar op een middelbare school, waarna hij de overstap maakte naar het universitaire onderwijs.

De opleiding

Studenten met een bedrijfseconomische achtergrond kunnen via de opleiding Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Management en Organisatie van Tilburg University de overstap maken naar het middelbare schoolonderwijs. Met een bedrijfseconomische bachelor- en masteropleiding ben je automatisch toelaatbaar tot deze eenjarige post-master. De post-master leidt studenten op tot eerstegraads bevoegde docenten in het vak Bedrijfseconomie op de middelbare school. Een eerstegraads bevoegdheid in het Nederlandse onderwijs betekent dat je wettelijk bevoegd bent om les te geven aan bovenbouwklassen op havo- en vwo-niveau. Daarnaast mag je met de eerstegraads bevoegdheid voor Bedrijfseconomie ook economische vakken onderwijzen in het tweedegraads domein, dat het praktijkonderwijs, vmbo, mbo en de onderbouw van havo en vwo omvat.

“Je staat vanaf de eerste week al voor de klas. Je komt er op deze manier gelijk achter of het iets voor jou is.”

De opleiding is geheel in het Nederlands en bestaat uit zowel vakken als een stage [1]. Het leidt je op tot een zogenaamde “startbekwame docent’. Simone legt uit wat dit betekent: “Je moet niet de illusie hebben dat je na de opleiding een perfecte docent bent, maar het bereidt je voor om zelfstandig voor de klas te staan.” In totaal besteed je 15 ECTS aan didactische vakken, 12 ECTS aan didactisch onderzoek en 33 ECTS als stagiaire op een middelbare school. De didactische vakken zijn opgesplitst in twee delen. Aan de ene kant krijgen studenten ‘Vakdidactiek’, dat toespitst op hoe je bedrijfseconomische concepten het beste kan uitleggen aan leerlingen en hoe je buiten een theoretische uitleg de begripsvorming bij leerlingen kan stimuleren. Daarnaast volgen de studenten het vak ‘Algemene didactiek’, dat samen met de andere lerarenopleidingen van Tilburg University wordt gegeven. Dit vak gaat in op algemene didactische onderwerpen, zoals klassenmanagement, motivatietheorieën en toetsing. Tot slot doen de studenten, in klein groepsverband, onderzoek op het gebied van onderwijsmethodes. Het is en blijft tenslotte een universitaire opleiding. Bij elkaar vullen deze vakken één à twee dagen per week. De rest van de week loop je stage op een middelbare school.

Het lesgeven

Tegelijk met de opleiding begint ook je stage op een middelbare school. De stage is drie à vier dagen per week. De middelbare school krijg je toegewezen na overleg met de opleidingscoördinator. Eenmaal op school, sta je al snel voor de klas, vertellen Simone, Frank en Wim. Frank ervaarde zijn stage als zeer leerzaam: “Je moet uren maken en twintig keer op je bek gaan met de fouten die je maakt. Daar leer je het meest van”. Ook Wim beaamt het nut van de stage: “Je staat vanaf de eerste week al voor de klas. Je komt er op deze manier gelijk achter of het iets voor jou is.”

Gelukkig bleek dit het geval te zijn voor Simone, Frank en Wim. Alle drie concludeerden ze tijdens hun stage dat ze het lesgeven erg leuk vonden. Hierbij benadrukken ze dat vooral de band en dynamiek met de leerlingen het lesgeven leuk maakt. Frank legt uit dat binnen de structuur van de les en met een veilige sfeer, er ruimte is om te dollen met de leerlingen. Aan de andere kant vond Wim het ook erg leuk om inhoudelijk meer de diepte in te duiken met zijn leerlingen. Om inhoudelijk deze diepte in te duiken, vertelt Simone, kan het handig zijn om eerst een paar jaar in het bedrijfsleven te hebben gewerkt, voordat je de docentenopleiding volgt. Ze ervaart zelf dat ze door haar werkervaring bepaalde concepten beter kan uitleggen aan leerlingen, omdat ze dit zelf in de praktijk heeft gezien.

Terwijl Wim de overstap heeft gemaakt naar het hoger onderwijs, zien Frank en Simone zichzelf in de toekomst blijven werken op een middelbare school. Naast het onderwijzen van het vak Bedrijfseconomie hoopt Simone in de toekomst mentor te kunnen worden van een klas. Frank heeft dit al waargemaakt en is momenteel mentor van 4 vwo. Daarnaast regelt hij alles omtrent de profielwerkstukken van leerlingen en organiseert hij de Rome-reis. Deze taken komen boven op zijn lesuren. Hierdoor vroeg ik mij af hoe het zit met de werkdruk in het onderwijs.

De werkdruk

Een fulltimebaan in het onderwijs bestaat volgens de CAO Voortgezet Onderwijs [2] uit zo’n 750 lesuren op jaarbasis, wat neerkomt op twintig uur per lesweek. Dit geeft al aan dat een docent meer doet dan alleen voor de klas staan, zoals het voorbereiden van lessen, (leerlingen)besprekingen en andere administratieve zaken. Zowel Frank als Wim vertelt dat je als eerstejaars docent veel uren besteedt aan de voorbereiding van lessen, omdat je nog niet kunt voortbouwen op de voorbereidingen van voorgaande jaren. Om startende docenten tegemoet te komen, is er in de CAO opgenomen dat eerste- en tweedejaars docenten recht hebben op een lesreductie van, respectievelijk, 20% en 10%. Ten opzichte van zijn vorige baan in fusies en overnames, beschrijft Frank de werkdruk als “anders”. Waar je bij een kantoorbaan vaak een eigen invulling aan de werkdag kan geven, wordt er in het onderwijs verwacht dat je zeven uur achter elkaar voor de leerlingen presteert. Desalniettemin ervaart Frank minder werkdruk in het onderwijs, mede doordat hij energie haalt uit het lesgeven.

De baankans

De kans dat afgestudeerden van de docentenopleiding een fulltimebaan aangeboden krijgen op hun stageplek is klein. Je hebt geluk als er een dergelijke positie op jouw stageplek vrij komt. Desondanks is er genoeg baankans voor docenten Bedrijfseconomie. Frank benadrukt dat het bekende lerarentekort in het onderwijs ook speelt voor de vakken Economie en Bedrijfseconomie op middelbare scholen.

Bovendien stopt de baankans voor eerstegraads bevoegde docenten niet bij het middelbaar onderwijs, zoals de loopbaan van Wim illustreert. Hij geeft vakken binnen de afdeling Accountancy van Tilburg University en begeleidt bachelor- en masterstudenten bij hun thesis. Wat is het grootste verschil met lesgeven op een middelbare school? “Iedereen die aanwezig is in college, wil ook echt iets leren”, vertelt Wim. Ondanks dat klassenmanagement hierdoor minder aan te pas komt, gebruikt Wim nog steeds zijn kennis van en ervaring met klassenmanagement. Ook bij studenten is het namelijk handig om te weten hoe je het beste kan reageren als docent, wanneer je humor kan gebruiken en wat je bijvoorbeeld doet als je het antwoord op een vraag niet weet. Wim ziet onderwijzen dan ook als een vak apart. 

Jouw toekomst

We vullen het rijtje met carrièreperspectieven voor masterstudenten aan: consultant, financieel analist, auditor én docent. Nu je op de hoogte bent van de loopbaan als docent, is het de vraag of het iets is voor jou. Als je hierover twijfelt, dan raden Frank en Wim je aan om een keer mee te lopen met een docent. Wie weet overtuigt deze ervaring uit eerste hand jou van het docentschap.

reacties