Interview met Nick van Mourik, mede-eigenaar Cheaque

‘Ou le Wappeur’, ‘Paire de Loule’ en ‘Couqe Bâqeur’: het zijn een paar van de spraakmakende teksten op de kleding van Cheaque, een jong bedrijf dat vijf jaar geleden door drie ambitieuze ondernemers werd gestart. Razend benieuwd naar dit jonge bedrijf spraken wij met Nick van Mourik, één van de oprichters en verantwoordelijk voor Marketing en Sales binnen dit snel groeiende bedrijf.

Kun je iets over je achtergrond vertellen?

‘’Ik ben begonnen met Marketing en Communicatie op het MBO. Vervolgens ben ik doorgegaan met Commerciële Economie op het HBO. Voor mijn gevoel had ik me op een gegeven moment voldoende ontwikkeld, en dacht ik na 4,5 jaar dat ik meer mogelijkheden zou krijgen als ik zou gaan werken. En zo geschiedde. Ik werkte destijds al 4 dagen in de week, en ging 1 dag naar school. Tijdens mijn schooljaren heb ik volgens mij alle vormen van onderwijs gehad: van voltijd naar deeltijd, van deeltijd naar blended learning (waar je 1 keer per 3 maanden naar school moet). Dat was ideaal: het onderwijs was niet veeleisend, dus ik kon makkelijk 5 dagen gaan werken. Maar als je dat te lang doet, dan verdwijnt op den duur de motivatie om naar school te gaan. Als de druk om te moeten slagen ontbreekt, presteer je nooit maximaal. Het idee van Cheaque begon in die periode op te borrelen en ik wist zeker dat ik ondernemer wilde worden. Daarna is het snel gegaan. ‘’

Hoe is Cheaque begonnen?

‘’Ook al is het allemaal grappig wat we doen, Cheaque is zeker nooit als grap begonnen. Vanaf het begin zijn we met z’n allen uiterst serieus met ons bedrijf bezig en geloofden we dat het iets groots kon worden. ‘Bal que Jus’ was het eerste design. Deze tekst werd bedacht door medeoprichter Tom, tevens het creatief brein. Daarna kwam ‘Paire de Loule’, en al snel hadden we een collectie van 8 shirts. Eentje met Cheaque, een andere met een borstzakje, en in onze ogen vooral erg veel fashion. Destijds verkochten de T-shirts met de Franse teksten het beste, en merkten we dat we daarmee iets speciaals te pakken hadden.’’

‘’Aankomende juni bestaan we intussen al 5 jaar, maar iedereen kent ons eigenlijk pas sinds juni 2015. Dat is de maand waarin Mitchell Dijks tijdens de presentatie van zijn transfer naar Ajax ons ‘Paire de Loule’ shirt aanhad. We leerden Dijks kennen toen hij nog bij Willem II speelde, en we merkten meteen dat er een goede klik was. We hebben toen een fotoshoot gedaan, en daarna contact gehouden. Op die bewuste dag in juni stuurde hij een selfie met ons T-shirt aan met daarbij de tekst ‘surprise’. We wisten toen nog niet wat er ging gebeuren, maar de volgende dag ontplofte mijn telefoon. Op allerlei social media en websites verscheen een foto met Frank de Boer, Marc Overmars en Mitchell Dijks in de ArenA, waarop hij ons ‘Paire de Loule’ shirt droeg! Dit is tevens de foto waarmee we landelijke bekendheid kregen. Met de minuut groeide het aantal reacties, en mensen vroegen zich af waar het T-shirt vandaan kwam. Die dag is nog steeds een historische dag in de gechiedenis van Cheaque, we waren binnen een avond door onze voorraad heen.’’

‘’De grootste vraag van iedereen is altijd: ‘Wanneer zijn jullie woorden op?’. Nou, nooit.”

‘’Gelukkig waren we destijds al wel een echte onderneming, dus konden we ook de backorders goed opvangen. We hebben eerlijk en open gecommuniceerd met klanten over de hoeveelheid orders, en dat pakte goed uit. Toen we die week explodeerden dachten we: als ‘Paire de Loule’ ons enige success is, dan hebben we op zijn minst een mooi verhaal, maar laat dit de basis zijn voor alles wat we gaan bedenken.’’

Cheaque werd dus aanzienlijk groter door Social Media. Hoe benutten jullie dat?

‘’We zijn begonnen door ons eigen netwerk met mooie en behulpzame BN’ers op te zetten die op een ‘chique’ manier onze kleding dragen. De reacties daarop waren zo goed, dat die BN’ers ook weer hun vrienden gingen uitnodigen: Leo Alkemade is daar een goed voorbeeld. De strategie is verder kortweg: we willen altijd een glimlach op iemands gezicht toveren. Dat was eerst alleen met kleding, maar gaandeweg zijn we echt een label geworden. Humor zit in alles wat we doen of online posten.

We merken in de loop van de jaren wel een doelgroepverschuiving. Ons kledingaanbod reikt van maat 56 (babies) naar XXL. De echte doelgroep is daarom lastig te definiëren omdat we eigenlijk een hele brede doelgroep hebben, en alles aanbieden. Sommige groepen zijn makkelijk te bereiken, maar kopen niks. Andere groepen zijn moeilijker te bereiken, maar kopen misschien eerder iets voor familie of vrienden. We proberen snel op trends in te haken en onze collecties te laten zien aan een zo groot mogelijke doelgroep. Maar we blijven wel toffe dingen maken, op onze manier. In de toekomst willen we nog vaker herinneringen gaan maken met onze klanten. Zo zijn we een keer met auto’s wijken ingegaan en onze eigen champagne aan geslaagde scholieren uitgedeeld.’’

Was het moeilijk om na het eerste succes door te groeien?

‘’De grootste vraag van iedereen is altijd: ‘Wanneer zijn jullie woorden op?’. Nou, nooit. We hebben een gigantische lijst met potentiele teksten. Het was voor ons altijd belangrijk om ons succes te overtreffen, om te blijven plakken bij mensen. Na ‘Ou le Wappeur’ realiseerden mensen dat we meer waren dan één hit, en klanten begonnen mee te denken. Tot op de dag van vandaag krijgen we nog steeds elke dag nieuwe woorden binnen van klanten. Dat klanten dit doen is voor ons ook echt belangrijk. Als een klant een woord bedenkt, is het voor de sociale kring van diegene natuurlijk ook heel leuk om iets met die tekst te kopen. ‘Pas n’est Couque’ en ‘Couqe Bâqeur’ zijn daar goede voorbeelden van. Verder vragen we klanten altijd om foto’s waarbij ze onze shirts dragen te maken, zodat we een echt ‘voor ons, door ons’ social media kanaal zijn. We hebben echt het idee dat als mensen onze kleding dragen, we een band hebben met die mensen.’’

Zijn jullie bezig met een uitbreiding naar het buitenland?

‘’Jazeker, we hebben onderzoek gedaan naar een passende strategie voor een internationale uitbreiding en daarvoor willen we gebruik gaan maken van Nederlandse studenten die in het buitenland wonen. Daar gaan we een Cheaque collectie voor maken, met Engelse T-shirts. Die kunnen dan via de Nederlandse studenten, of steden waar veel Nederlanders wonen, bekend worden. ‘Wänkr’ werd bijvoorbeeld goed ontvangen. We zijn een tijdje in België door retailers verkocht, maar daar sloeg het niet echt aan. Die worden lichtelijk gek als je uitlegt dat je de teksten niet moet vertalen, maar ze anders moet uitspreken. We hebben zelfs al aan designs in het Spaans zitten denken, maar dan krijg je snel te maken met woorden die niet iedereen kent vanwege de vele verschillende dialecten. De uitbreiding naar het buitenland is dus in ieder geval in volle gang. Lachen kan overal op de wereld. Als ons product eenmaal internationaal klikt, dan kan het heel snel gaan.’’

Heb je nog goede tips voor jonge ondernemers of studenten?

‘’Het belangrijkste wat je moet doen, is vanuit je gevoel handelen. Of je nou wel of geen gevoelsmens bent: je onderbuikgevoel zegt vaak of iets juist is of niet. Als wij er als team voor gaan zitten, en we voelen dat het goed zit, dan gaan we er volledig voor. Dan kan er nog zo veel kritiek komen van andere mensen: wij zijn zeker van onze zaak. Het kan soms moeilijk zijn als startend ondernemer om die drive continu te behouden, omdat je niet altijd ziet wat die inspanningen opleveren. Maar altijd door blijven gaan is ‘the key to success’.’’

reacties