De invloed van wiskundige modellen op economische studies

Column door David Hollanders

Het academische, economische studieprogramma wordt al jarenlang bekritiseerd door studenten. Een voorbeeld hiervan is ‘The Post-Crash Economics Society’, opgericht door studenten van de Universiteit van Manchester. De punten waar studenten kritiek op hebben zijn de ‘wiskundigheid’ van economie, het gebrek aan pluriformiteit en de afwezigheid van de binding met de praktijk. De kritiek van studenten is in mijn ogen volledig gerechtvaardigd. In het bijzonder wordt er verwezen naar de enorme hoeveelheid wiskundige modellen in de economische en financiële wereld wat een groot probleem geworden is in plaats van een goede oplossing.

Het economische studieprogramma, inclusief Finance, bevat veel wiskunde (zowel theoretische wiskundige modellen als empirische econometrische modellen). Tegenwoordig is het punt zelfs bereikt dat de beste vooropleiding voor een onderzoeksmaster in de richting economie een bachelor wiskunde of natuurkunde is. Deze absurde situatie is in geen enkel ander wetenschappelijk veld denkbaar (en wanneer het zo zou zijn, vraag ik me af of het geaccepteerd zou worden).

De verdienste van de theoretische wiskundige modellen, om die te adresseren, zijn dat theorieën intern consistent zijn. Wat een theorie ook stelt, het is noodzakelijk dat verschillende onderdelen van de theorie samen moeten passen in hetzelfde model en moeten daarom dus consistent zijn. Dit is zeker een verdienste en economenzijn er terecht trots op. Hier staat echter een gebrek aan externe validiteit tegenover. Er is dus eigenlijk een afruil en zoals in elke afruil moet er niet te veel naar één zijde geneigd worden.

Over het algemeen zijn modellen, complexe modellen meegerekend, alleen op te lossen als verscheidene aspecten genegeerd worden (in deze modellen worden overige factoren als exogeen aangenomen). Een voorbeeld hiervan is dat de CAPM, onder andere, veronderstelt dat er geen “asset bubbels” zijn. Echter “asset bubbels” bestaan, zoals de dotcom bubbel en de huizenmarkt bubbel ruimschoots duidelijk maakten. Bubbels worden veroorzaakt door kuddegedrag, dierlijke instincten, marketing, media gedrag en andere sociaalpsychologische eigenschappen die niet opgenomen zijn in het model. Als we het vanuit een ander oogpunt bekijken, dan zijn “asset bubbels” enkel een vorm van inflatie, welke aan een monetair beleid gelinkt zijn. Als de Europese Centrale Bank andere banken goedkoop krediet verschaft, zoals het al jaren doet, zullen de obligatieprijzen dalen en de aandelenprijzen stijgen. Enkele centrale banken worden beheerd door voormalige investeerdersbanken. Dit zorgt voor een politieke link via “regulatory capture”, zoals econoom Willem Buiter het noemt. De vraag is: Worden centrale banken niet in bezit gehouden door speciaal belangen? In ieder geval, zakenbanken hebben een duidelijk belang om aandelenprijzen te laten stijgen.

Al deze psychologische, politieke en economische perspectieven kunnen niet samengevoegd worden in één afzonderlijk model. Men kan natuurlijk modellen opstellen die één van de aspecten gedeeltelijk belicht (verondersteld dat andere aspecten vast staan), maar een model dat alle elementen bevat is totaal niet mogelijk. Dit verschilt van taal. Hierbij kan men alle aspecten belichten (zoals ik zojuist deed), hoewel ik toe moet geven dat de aspecten minder accuraat worden (misschien zelfs inconsistent). Bijvoorbeeld, hoe is asset inflatie te onderscheiden van een aantrekkende economie, of een onafhankelijke bank van”regulatory capture”? En wat betekenen concepten als bubbels en “regulatory capture” nu eigenlijk wanneer (wiskundige) definities ontbreken? Dit impliceert dat modellen inderdaad nuttig kunnen zijn. Echter in mijn opinie, zouden ze niet moeten domineren. Maar zelfs als men het hier niet mee eens is en vindt dat wiskunde zo dominant moet zijn als het is, dan zou men moeten toelichten waarom dit het geval zou moeten zijn.

Maar zelfs de weerspiegeling van de afruiltussen wiskunde en taal en tussen interne consistentie en externe validiteit mist in de economische en financiële studieprogramma’s. Dit is iets wat erg zorgwekkend, want reflectie op onze eigen veronderstellingen, aannames en vooroordelen is wat wetenschap wetenschappelijk maakt.

reacties