Staat van het Nederlandse startup-ecosysteem

For the English version, click here.

Succes van het Nederlandse ecosysteem

Het Nederlandse startup-ecosysteem is de afgelopen 5 jaar gestaag gegroeid. Momenteel heeft Nederland 1,4 unicorns – particuliere bedrijven met een waardering van meer dan 1 miljard euro – per miljoen inwoners, waarmee het op de vierde plaats staat in de wereld na het VK (1,7) en vóór Duitsland (0,7). Dit succes is vooral te danken aan zowel de fintech- als de gezondheidstechnologiesector in Nederland, met een scale-up ratio van respectievelijk 38% en 31%. Dit weerspiegelt een hoger succespercentage binnen deze sectoren in vergelijking met andere.

In de toekomst ligt het grootste potentieel van Nederlandse startups binnen de deeptech-sector. Technologieën als fotonica, robotica en kwantumcomputing worden doorgaans onder de definitie van deeptech geschaard, en worden gekenmerkt door het feit dat het lang duurt voordat ze gecommercialiseerd worden en dat ze kapitaalintensief zijn. Deze startups worden gedreven door de onderzoekers aan Nederlandse universiteiten en zijn een voorbeeld van de grote maatschappelijke waarde van deze instellingen.

Hoewel het Nederlandse startup-ecosysteem veel heeft om over op te scheppen, blijft een groot deel van het potentieel op tafel liggen door uitdagingen met betrekking tot toegang tot kapitaal en talent, maar ook een nationaal verbonden gemeenschap.

Gebrek aan kapitaal

De belangrijkste uitdaging voor Nederlandse startups is een gebrek aan kapitaal. In vergelijking met andere landen heeft Nederland minder kapitaal beschikbaar voor startups. Zowel het Verenigd Koninkrijk als Frankrijk hebben bijvoorbeeld bijna drie keer zoveel kapitaal per startup beschikbaar. Hoewel kapitaal alleen een startup niet succesvol maakt, stelt kapitaal talent wel in staat om succesvol te worden en hun startup op te schalen. Dit geldt met name voor start-ups in de deeptechsector, die vaak honderden miljoenen aan financiering nodig hebben en jaren nodig hebben om break-even te draaien. Zij hebben daarom investeerders nodig met geduld en diepe zakken, die momenteel ontbreken binnen het Nederlandse ecosysteem. Momenteel zijn dit soort investeerders op één hand te tellen, zoals BOM, Invest-NL en Innovation Industries. Deze geven het goede voorbeeld, maar anderen moeten nog volgen. Een oorzaak hiervan is de beperkte toewijzing van middelen aan VC door Nederlandse pensioenfondsen. Nederlandse pensioenfondsen zijn de grootste ter wereld maar investeren een te verwaarlozen bedrag in Nederlandse VC, terwijl de Scandinavische pensioenfondsen daarentegen kleiner zijn maar consequent meer in VC investeren. Als het Nederlandse startup-ecosysteem zijn potentieel wil bereiken, zullen de Nederlandse pensioenfondsen een tandje bij moeten zetten.

Talent

Op dit moment kent het Nederlandse startup ecosysteem meerdere uitdagingen met betrekking tot talent. Ten eerste blijft het aantrekken van talent het belangrijkste knelpunt voor startups. Vacatures blijven vaak meer dan 60 dagen openstaan en het percentage moeilijk vervulbare vacatures blijft stijgen. Ten tweede blijven vrouwelijke oprichters zeldzaam binnen het ecosysteem van startups in het algemeen, maar in het Nederlandse ecosysteem zijn er nog minder vrouwelijke oprichters dan in andere EU-landen. Ten slotte richten te weinig werknemers van succesvolle technologiebedrijven hun eigen startups op of financieren zij de volgende generatie startups.

De uitdagingen kunnen het gevolg zijn van een risicomijdende mentaliteit van Nederlandse burgers, die vaak kiezen voor de veiligere opties in vergelijking met andere culturen. Er speelt echter meer. Als we kijken naar de kapitalisatietabellen van Nederlandse startups, zien we dat buitenlandse investeerders meer aandelen bezitten binnen Nederlandse startups, wat resulteert in een lager aandeel voor zowel de oprichters als de werknemers van de startup in vergelijking met Amerikaanse startups. Daardoor vloeit er meer kapitaal uit het ecosysteem en blijft er weinig over voor herinvestering, maar nog belangrijker is dat de werknemers van Nederlandse startups heel weinig van de winst van de startups genieten, waardoor er geen prikkels meer zijn om risico’s te nemen binnen het ecosysteem.

Gemeenschap

In Nederland staat al een groot aantal instellingen klaar om het startup-ecosysteem te ondersteunen. Op nationaal niveau ondersteunt Techleap het ecosysteem als geheel, onder meer door samen te werken met de overheid om veranderingen aan te brengen in haar startersbeleid. Regionaal zijn er ontwikkelingsmaatschappijen zoals de Brabantste Ontwikkelings Maatschappij, die overheidsmiddelen verstrekken aan zowel startups als VC-fondsen en zo als pijler fungeren binnen de regio. Verder zijn er samenwerkingsverbanden zoals Braventure, die de gemeenschap binnen de regio proberen te verbinden.

Het Nederlandse startup-ecosysteem is echter nog te gefragmenteerd. Elke startupgemeenschap is gecentreerd rond de lokale universiteiten, waardoor toegang tot de talentpools van deze universiteiten mogelijk is, maar elke gemeenschap blijft te veel gericht op de eigen regio. Er is te weinig samenwerking tussen elke regio, en ondanks de kleine omvang van Nederland lijken andere startup-hubs te ver weg om mee samen te werken. Opnieuw kan dit te wijten zijn aan de Nederlandse cultuur, maar om het Nederlandse startup-ecosysteem te laten gedijen, hebben we sterke verbindingen tussen elke regio nodig. Dit zal moeten beginnen met samenwerkingen tussen universiteiten die studenten in staat stellen verbindingen te leggen buiten hun eigen universiteit, wat de gebrokenheid van het Nederlandse startup-ecosysteem zou verstoren.

Vooruitblik

Al met al staat het Nederlandse startup-ecosysteem voor grote uitdagingen in zowel beschikbare financiering als talent, maar het toont een groot potentieel voor groei en succes. In de nabije toekomst zullen we door beleidsveranderingen die we leren van onze collega’s in Zweden, het VK en Israël de kloof met hen kunnen overbruggen. We zullen echter een mentaliteitsverandering nodig hebben, waaronder het nemen van risico’s, het delen van winst met werknemers, en het teruggeven van kapitaal, kennis en ervaring aan de volgende generatie startups om het potentieel van het Nederlandse startup-ecosysteem echt mogelijk te maken.

reacties