In het artikel van deze week bespreken we een belangrijke mijlpaal in de evolutie van onze vereniging: de fusie van Asset | Accounting & Finance
Volgens de Polderparade bent u benoemd tot de meest invloedrijke econoom van België en Nederland. In 2003 hebt u ook de Spinozapremie voor Economie gewonnen. Kunt u ons meer vertellen over uw studie, loopbaan en de weg naar deze succes? Ik ben ooit begonnen met de bachelor Econometrie. Ik dacht dat het een combinatie was van economie en wiskunde, maar het bleek toch meer wiskunde dan ik gehoopt had. Deze heb ik toch afgerond. Ik heb veel wiskunde en statistiek geleerd waar ik later veel profijt van heb gehad, dus ik ben blij voor mijn doorzettingsvermogen. Je ziet in mijn carrière dat ik me met verschillende dingen heb beziggehouden, ik ben vooral begonnen met de economie van de overheid, daar ben ik op afgestudeerd en daar heb ik mijn proefschrift over geschreven. Bij het IMF ben ik ooit begonnen als mijn eerste baan, toen werkte ik aan de economie van de overheid. Na 10 jaar in Amerika te hebben gewoond en gewerkt, ben ik terug naar Nederland verhuisd, waar ik me een lange tijd met milieu bezig heb gehouden. Sinds 2003 ben ik veel met pensioen bezig geweest en nu ga ik weer met een nieuwe uitdaging beginnen: het economieonderwijs op middelbare scholen. Ik richt me vooral op het overdragen van kennis aan de jongere generatie. Ik heb me tot nu toe met oudere mensen bezig gehouden en nu wordt het vooral met jonge mensen werken. Elke 10 jaar begin ik aan iets nieuws. Ik houd van afwisseling, in verschillende onderwerpen maar ook in verschillende werkomgeving. Zowel de wetenschappelijke omgeving vind ik erg interessant, maar als je daar heel de tijd mee bezig bent wordt het enigszins saai en dan wil ik me toch vooral weer gaan bemoeien met mensen die zich met beleid bezig houden. Uw benoeming tot de meest invloedrijke econoom van Nederland heeft onder andere te danken aan uw verdediging van de vlaktaks. Wat houdt dat precies in en wat zijn de voordelen van deze vlaktaks? De voordelen zitten vooral op het terrein van de eenvoud. Het belastingstelsel is nu heel ondoorzichtig en heel moeilijk voor mensen om te begrijpen. Bij de invoering van de vlaktaks betaalt iedereen hetzelfde marginale tarief op basis van een bepaald inkomen. Dit betekent dat bij het verdienen van een extra euro, ongeveer de helft daarvan naar de overheid gaat. Als je dit met het huidige belastingstelsel vergelijkt, zitten we daar niet ver van af. Als we naar een belastingsysteem zouden gaan wat simpeler is, zoals de vlaktaks, waarbij iedereen dezelfde belastingtarief zou betalen, denk ik dat mensen er wat meer van begrijpen. Nu hebben ze het idee dat een groot deel van het extra inkomen dat ze verdienen, naar de overheid gaat. Dat maakt het niet zo aantrekkelijk om een uur extra te werken. Het gaat dus in de eerste plaats vooral om eenvoud. Doordat het belastingsysteem minder ingewikkeld wordt, leidt het waarschijnlijk tot betere prikkels voor mensen om meer inkomen te verdienen. Tegenstanders van de vlaktaks zien dit als een cadeau voor de rijken. Ze zeggen bijvoorbeeld dat de vlaktaks niet progressief is, dat het bijdraagt aan inkomensongelijkheid en dat het arbeidsaanbod zal krimpen. Hoe ziet u dit? Er zijn verschillende soorten vlaktaks. Je kunt te maken hebben met een heel hoog of een heel laag tarief. Dat de vlaktaks niet progressief zou zijn is echt een misvatting, want een vlaktaks heeft betrekking op het zogenaamde marginale tarief, wat voor iedereen hetzelfde is. Het gemiddelde tarief, bijvoorbeeld het percentage van je jaarinkomen dat je moet afdragen aan de overheid, is iets anders. Deze kan nog steeds oplopen met het inkomen, ook al is het marginale tarief constant. Je kunt ook een progressief systeem hebben waarin de rijken gemiddeld meer betalen dat de armen, als je toch een vast marginale tarief hebt. Dus een vlaktaks hoeft niet herverdelend te zijn. De mensen die zeggen dat de vlaktaks niet progressief is verwarren een vlak marginaal tarief met een vlak gemiddeld tarief. Je kunt een systeem hebben waarin arme mensen een bepaald bedrag ontvangen, zoals in de bijstand, dat het extra inkomen wat mensen verdienen belast kan worden tegen een vast tarief. En dan betekent nog steeds dat de arme mensen gemiddeld minder belasting betalen dan de rijken. Een groot toekomstig probleem is de vergrijzing van de bevolking. Hoe denkt u dat hier het best mee omgegaan kan worden, zodat zowel onze generatie als die van u daar baat bij zullen hebben? De belangrijkste oplossing is dat vergrijzing iets goeds is, we blijven langer leven. Er zit een probleem in het feit dat we steeds met dezelfde leeftijd met pensioen blijven gaan. De oplossing is heel simpel; langer leven is langer door werken. Dit wordt gedaan door de AOW leeftijd te koppelen aan de levensverwachting. Er moet dus meer geïnvesteerd worden in onderwijs om mensen langer te kunnen laten werken. Ook moet er meer geïnvesteerd worden in de mensen zelf zodat ze langer productief kunnen blijven. Het is belangrijk dat de oudere generatie langer doorwerkt, anders moet de jongere generatie betalen voor het pensioen van de ouderen. Je moet er wel rekening mee houden dat je zelf later ook langer door zult moeten werken, dus het is erg belangrijk dat je voldoende investeert in jezelf en een baan kunt krijgen waar je plezier in hebt. Menselijke vaardigheden worden steeds belangrijker omdat er steeds meer mensen zijn, dus het is erg van belang dat je hier goed in investeert. Wanneer denkt u dat deze vergrijzing zal verdwijnen? De vergrijzing gaat niet weg, het is een doorgaande trend dat mensen steeds ouder worden. Het deel van de bevolking boven de 65 blijft stijgen. Dus zo zal de AOW leeftijd ook steeds blijven stijgen. Het heet vergrijzing maar je zou het ook vergroening kunnen noemen omdat je langer fit blijft. Wat zijn toekomstige uitdagingen voor onze samenleving, volgens u? Vergrijzing is ook een voorbeeld van een toekomstige uitdaging. Er moeten dingen veranderd worden om ervoor te zorgen dat men langer door moet werken. Een andere uitdaging is omgaan met verschil. Er ontstaan steeds meer verschillen in de samenleving, de samenleving wordt steeds gevarieerder. De uitdaging hier is om dan toch goed met elkaar te blijven samenwerken, eenheid in verscheidenheid. Verschil moet gezien worden als iets productiefs, ik denk juist dat het heel veel kansen bied. Iemand anders heeft iets wat jij niet hebt. Maar het wordt ook moeilijker om met elkaar samen te werken omdat er verschillen bestaan. Dit is een belangrijke uitdaging voor de hele wereld. De uitdaging is om een verschil als een kans te zien. Hebt u nog een aantal tips voor de studenten van Tilburg University? Ben niet bang om te falen of om verschillend te zijn, maar zie het als een kans. Je moet veel dingen proberen in het leven, daar leer je van. Dus ben niet bang om nieuwe dingen te proberen of om anders te zijn dan andere mensen.