Gehaaide types – column Marc Schweppe

“Een accountant was vroeger iemand die mensen controleerde op eventuele financiële malversaties. Tegenwoordig zijn het vooral gehaaide types die trucs verzinnen in een obscuur verlicht schemergebied. De mooiste bloemen groeien aan de rand van het ravijn.”

Aldus Youp van ’t Hek in een column achterop de zaterdageditie van NRC Handelsblad, begin september 2017. Over beeldvorming gesproken: de rol van de accountant als vertrouwensman/vrouw van het maatschappelijk verkeer, als onafhankelijk controleur, als degene die zekerheid geeft bij (financiële) informatie, is in de beleving van Youp heel ver weg. Staat de cabaretier daarin alleen? Helaas niet, in dezelfde week waarin deze opinie verscheen gingen diverse Tweede Kamerleden, vers terug van zomerreces, over accountants tekeer tegen de minister van Financiën. “Als ik aan accountants denk, denk ik aan schandalen”, aldus SP-Kamerlid Renske Leijten. En ze somde ter illustratie nog even een reeks  fraudeschandalen op waarbij accountants betrokken waren. Daags erna omschreef FD-columnist Pieter Couwenbergh tekortschietende accountantscontroles als “rituelen die horen bij het dagelijks leven”.

In het gros van de gevallen functioneren accountants uitstekend, zijn hun opdrachtgevers tevreden, leveren ze aantoonbaar meerwaarde voor ondernemingen en voegen ze zekerheid toe aan financiële informatie. En dat jaar na jaar opnieuw. Ze worden gewaardeerd om hun deskundig oordeel, hun onafhankelijke blik, hun kennis van cijfers en organisaties. Maar één fraudezaak prominent in het FD of De Telegraaf, met een accountant van een  groot kantoor die er bij stond en niet genoeg deed, en de rapen zijn weer gaar. Dan zijn accountants ‘gehaaide types.’

En we kunnen niet anders dan eerlijk bekennen: er is in voorbije jaren teveel misgegaan. Als er te veel incidenten langs komen, mag je gaan spreken van een structureel probleem. Belangen waren te groot, rekeningen te hoog, opdrachtgevers heetten opeens ‘blue chip clients’. Accountantsorganisaties werden full-service dienstverleners en leverden ‘non-stop-shopping’. De accountant werd meer en meer gezien als een soepele accountmanager, die zijn adviserende collega’s naar binnen moest loodsen. Audit opdrachten werden soms bewust met verlies verkocht aan de klant. De omzet aan consultancy zou dat wel compenseren. ‘Applausje voor het auditteam dat op die manier deze prestigieuze opdracht heeft binnengehaald!’ Ja, dan gaat het uiteindelijk mis. De basis voor de problemen waar het beroep nu nog volop mee te maken heeft, ligt in de twee decennia voor het Enronschandaal uit 2001. Wat niet wil zeggen dat het daarna allemaal goed ging.

Accountantsorganisaties werken nu hard aan verbetering van de controlekwaliteit. De afgesproken maatregelen uit het verbeterplan van de sector (het rapport ‘In het publiek belang’ van de NBA) worden keurig doorgevoerd. Maar de kern van de problemen zit dieper, zo blijkt uit recente analyses: gebrek aan kennis van de beroepsregels en standaarden, te krappe deadlines, partners die onvoldoende betrokken zijn, onevenwichtig samengestelde teams, gebrek aan professioneel-kritische instelling. Weerbarstige problemen, die vragen om een echte cultuurverandering. Dat is een stuk moeilijker dan het instellen van een keurige raad van commissarissen of het afleggen van een beroepseed. Maar het moet, de verandering moet van binnen komen.

“Van een drol maak je geen gebakje, al steek je er tien vlaggetjes in.”

Het ligt aan de communicatie, roepen sommige accountants graag, als ze het gevoel hebben dat de maatschappij ze niet begrijpt. Maar communicatie kan iets wat krom is, niet rechtpraten. Van een drol maak je geen gebakje, al steek je er tien vlaggetjes in. Je werk goed doen, dat werkt wel.

Het goede nieuws is dat de jongste generatie beroepsgenoten vanaf dag één is opgevoed met dergelijke issues. Dat ze groeien in een vak dat de bakens weer verzet van commercie naar kwaliteit. Dus halen accountants nu soms ook de krant omdat ze ‘nee’ zeggen tegen een opdrachtgever. ‘Nee, ik teken niet, want de zaak is niet op orde’. Je mag hopen dat we in de toekomst meer van dat soort verhalen mogen lezen. Vertrouwen terugwinnen doe je met bewezen kwaliteit. Jaar in, jaar uit. Dan komt het met die reputatie uiteindelijk ook wel weer goed. Be good and tell it – in die volgorde.

reacties