For the English version, click here. Wie ben je en hoe ben je bij EY terecht gekomen? Ik ben Bas, 22 jaar, oorspronkelijk uit een klein dorpje in Limburg, maar sinds de start van mijn studententijd woon ik in Tilburg. Nadat ik mijn Bachelor in International Business Administration (inclusief exchange naar Melbourne, Australië) voltooid had, ben ik begonnen aan de Master Accountancy, die ik afgelopen zomer heb afgerond. Tijdens mijn Master heb ik mij flink georiënteerd op het leven dat zou volgen na mijn studie en dit bracht mij afgelopen februari tot een scriptiestage bij EY Eindhoven. Waarom heb je ervoor gekozen om het schrijven van je scriptie te combineren met een stage? Toen ik startte met mijn Master voelde ik de druk van het volwassen werkleven langzaam dichterbij komen. Toentertijd had ik twijfels of een toekomst binnen Accountancy echt mijn ambitie was. Mijn vrienden en studiegenoten gaven mij het advies om in contact te komen met bedrijven om zo een stage te vinden. Ik nam deel aan verschillende evenementen van de studievereniging ‘Asset | Accounting & Finance’ en zo kwam ik ook in contact met EY. Een scriptiestage voelde als een veilige keuze om op deze manier een beter beeld te krijgen van hoe het werkleven eruit ziet, maar tegelijkertijd ook nog voldoende tijd te hebben voor mijn studie. Gaf dit je een voordeel ten opzichte van je medestudenten? Mijn stage gaf mij zeker een voordeel ten opzichte van medestudenten zonder een stage. Ik had elke week tijd beschikbaar voor mijn scriptie, aangezien de dagen die ik besteedde aan het schrijven hiervan, meetelden voor mijn scriptiestage. Hierdoor was ik gemotiveerd om ook daadwerkelijk aan mijn scriptie te werken. Bovendien kreeg ik bij EY een ‘buddy’ en ‘mentor’ toegewezen. Mijn buddy hielp mij met dagelijkse werkzaamheden en algemene vragen. Dit was heel toegankelijk, omdat hij niet lang geleden ook een scriptiestage had doorlopen. Mijn mentor daarentegen, was al langer bij EY werkzaam. Daarom kon hij mij goed carrièreperspectief- en advies geven, en mij ook inhoudelijk ondersteunen bij mijn scriptie. Heb je jouw persoonlijke doelen kunnen bereiken tijdens je scriptiestage? Ik merkte al snel dat ik het meeste kon bereiken als ik mezelf proactief opstelde, en duidelijk aangaf wat ik precies uit mijn stage wilde halen. Er werd aangeraden om 2 weken met een team mee te lopen, maar flexibiliteit daarin was mogelijk. In totaal heb ik zelf 5 tot 6 weken meegelopen, omdat mijn hoofdreden van een scriptiestage was om te ervaren hoe het werk in de praktijk eruit zag. Voordat ik startte als stagiair, aarzelde ik of ik mijn werkzaamheden goed zou kunnen uitvoeren, omdat ik nog geen praktische ervaring had binnen Accountancy. Tijdens deze meeloopweken verdwenen deze twijfels snel. Door een warm welkom van het team en goede begeleding, was mijn leercurve snel. Ik besefte dat het heel normaal was dat ik nog niet alles wist, en iedereen stond open om mij te helpen waar nodig. Mede door deze weken, ontdekte ik dat ik de werkzaamheden enorm interessant vond, waardoor ik opeens een stuk zekerder werd over een toekomst in Accountancy. “Naar mijn mening is de beste manier om jezelf te oriënteren via een (scriptie)stage of werkstudentschap.” Waarom heb je ervoor gekozen om bij EY te blijven hangen? Ik was zelfs zo zeker van mijn toekomst in Accountancy, dat ik afgelopen september ben begonnen als Staff Audit bij EY Eindhoven! Net zoals veel studenten, zat ik lang in dubio of ik mijn studententijd wilde verlengen of klaar was voor een baan. Aangezien het werk en de sfeer op kantoor mij zo goed beviel, heb ik toch besloten om de knoop door te hakken en te starten met werken. Tijdens mijn stage werden er regelmatig activiteiten georganiseerd (bijvoorbeeld lunches, borrels en trainingen), waardoor ik steeds meer mensen leerde kennen binnen EY. De switch van student naar werkende was natuurlijk even wennen, maar uiteindelijk ben ik erg blij dat ik deze stap toch heb gezet. Bovendien volg ik momenteel nog de Post-Master Accountancy op vrijdagen, waardoor ik mij toch nog een beetje student voel. Je gaf aan dat je nu bent gestart, hoe zijn de eerste maanden bevallen? Tot nu toe is het werk mij goed bevallen. Tijdens mijn stageperiode waren de corona-maatregelen strenger dan nu, waardoor het lastig was voor teams om samen naar de klant te gaan. Om die reden vind ik het extra leuk dat dit nu wel weer mogelijk is. De afgelopen maanden heb ik veel kunnen zien en kunnen leren. Elke dag leer ik nieuwe dingen en ik ben zeker nog niet klaar met mijn persoonlijke- en professionele ontwikkeling. Bovendien heb ik zowel door mijn stagetijd als de starter-introductie van twee weken in september, een goede band kunnen opbouwen met mijn ‘jaarlaag’ van EY starters, die ik inmiddels ook collegas kan noemen. Ik ben omringd met mensen die ook de stap van stagiair-naar-werkende hebben gemaakt, met soortgelijke ervaringen, en dit is heel fijn. Wat wil je studenten nog meegeven? Ik hoor veel twijfels van studenten: “Ga ik nou Accountancy doen, of toch Finance, of toch helemaal iets anders?” Naar mijn mening is de beste manier om jezelf te oriënteren via een (scriptie)stage of werkstudentschap. Je komt er tijdens deze periode achter welke werkzaamheden erbij horen en hoe het er binnen een sector aan toe gaat. Nog een laatste tip van mij: ga naar (Accountancy) evenementen, spreek mede-studenten aan, of stuur een berichtje naar een campus recruiter. Een (scriptie)stage kan jouw echt helpen om je twijfels weg te halen! Mocht je nog vragen hebben, dan kan je mij altijd een berichtje sturen via LinkedIn.
Hedgen tegen inflatie, is het mogelijk?
For English, click here. De huidige inflatie is niemand ontgaan, en onder studenten heersen er grote zorgen om de hoogte hiervan. De eerste raming van het CBS geeft aan dat de inflatie in Nederland in oktober 16,8% was gebaseerd op voorlopige cijfers. Dit is een lichte daling ten opzichte van de inflatie in september, die 17,1% was. Desalniettemin is dit exorbitant hoog percentage, en gaat vermogen in rook op. Huidige inflatie De gemiddelde student beschikt natuurlijk over een niet zo’n groot vermogen. De prijsverhogingen zullen dus bij een aantal studenten zeer waarschijnlijk leiden tot een hogere schuld bij DUO, en daarbij komend is het rentepercentage sinds een aantal jaar weer gestegen naar 0,46%. Inflatie wordt gestuurd door factoren waar een individueel geen invloed op kan uitoefenen. Toch zijn er mogelijk andere manieren om inflatie tegen te gaan. Een aantal populaire manieren om koopkracht te behouden worden in dit artikel onder de loep genomen. Wellicht zijn er wat manieren om de zorgen af te nemen. Goud Het aanhouden van goud wordt door vele investeerders als een goede hedge tegen inflatie gezien. Zo zei Peter Schiff “goud zal schitteren in een inflatoire omgeving.” Om te kijken of goud inderdaad een goede manier is om waarde te behouden, zullen we kijken naar de resultaten van een paar wetenschappelijke artikelen. Ghosh et al. (2004) onderzocht of goud een effectieve inflatie hedge is. Via een empirische analyse komt er in het artikel naar voren dat over een lange tijd horizon goud inderdaad kan fungeren als een middel om af te dekken tegen inflatie. Echter wordt de nominale prijs van goud gedomineerd door korte termijn invloeden. Over een korte tijd horizon kan het dus heel nadelig uitpakken om in goud te investeren. Een investeerder die bijvoorbeeld in 1982 in januari zou hebben geïnvesteerd in goud, en dit zou hebben vastgehouden tot en met december in 1999 zou 59% in reële waarde hebben verloren. Beckmann en Czudaj (2013) komen in hun onderzoek tot dezelfde conclusie dat goud op de lange termijn gedeeltelijk inflatie kan hedgen. Met name consumentenprijzen zijn op de lange termijn af te dekken met het investeren in goud. Op de korte termijn is het echter niet mogelijk om als investeerder een portefeuille af te schermen tegen inflatie door middel van het investeren in goud. De kenmerken van een economie tijdens een bepaalde periode bepalen voornamelijk hoe goud reageert op inflatie. Het wetenschappelijk onderzoek van Hoang et al. (2016) wijst echter uit dat goud op de lange termijn geen hedge tegen inflatie is. In het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten en India vormt goud op de korte termijn wel een hedge tegen inflatie. Het tegenstrijdige resultaat van dit artikel vergeleken met de andere artikels kan worden verklaard door de introductie van niet-lineariteit. In dit artikel wordt bewezen dat de relatie tussen goud en inflatie in een aantal landen niet een lineaire is. Zo is er in meer ontwikkelde landen een non-lineaire relatie zichtbaar, en in ontwikkelingslanden een lineaire relatie zichtbaar. Goud zou wellicht dus beter kunnen worden gebruikt met als doeleinde om een meer gediversifieerd portfolio samen te stellen. Op basis van de uitkomsten van wetenschappelijke artikelen zou ik het afraden om goud te gebruiken als hedge tegen inflatie. De resultaten zijn tegenstrijdig. Bovendien beargumenteren dus sommige artikelen wel dat goud als inflatie hedge kan worden gebruikt op de lange termijn, maar hiervoor is een heel lange tijd horizon nodig. Onroerend Goed Een andere manier die vaak wordt genoemd om inflatie tegen te gaan is het investeren in onroerend goed. Een toegankelijke manier om hierin te investeren is via een Real Estate Investment Trust (REIT). Dit is een bedrijf dat onroerend goed bezit en inkomsten hierop genereert. Door het aankopen van een REIT is het dus mogelijk om indirect in onroerend goed te beleggen. Rubens et al. (1989) hebben onderzocht hoe een aantal portfolio’s die onder andere bestaan uit verschillende onroerend goed types het doen ten opzichte van inflatie. Elke portfolio vormde ten minste een gedeeltelijke hedge tegen inflatie wanneer het ging om verwachte inflatie. Wanneer inflatie onverwacht optrad vormde alle portfolio’s geen hedge tegen inflatie. Het type inflatie bepaalt dus grotendeels of onroerend goed kan worden gebruikt tegen inflatie. De huidige inflatie is hoog, en de verwachting is dat deze ook nog op de korte termijn hoog blijft. Momenteel zou onroerend goed dus een manier kunnen zijn om te hedgen tegen inflatie mits de verwachte inflatie vergelijkbaar is met de uiteindelijk werkelijke inflatie. De portfolio bestaande uit financiële activa en residentieel onroerend goed uit het artikel heeft de hoogste Sharpe ratio. Het zou dus met de huidige verwachte inflatie het meest aantrekkelijk zijn om in een REIT te investeren die zich focust op residentieel onroerend goed. Een ander wetenschappelijk artikel van Park et al. (1989) focust specifiek op het hedgen van inflatie door middel van REITs. Aandelen presteren doorgaans slecht in tijden van hoge inflatie. Alhoewel REITs als onderliggende waarde de inkomsten van onroerend goed hebben, zou het kunnen dat ze net zoals aandelen het toch slecht doen wanneer er hoge inflatie is. Uit het onderzoek komt naar voren dat REITs eigenlijk vergelijkbaar met aandelen presteren, en dus geen goede inflatie hedge zijn. Echter komt er wel naar voren dat wanneer er een onderscheid wordt gemaakt tussen verwachte en onverwachte inflatie, REITs gedeeltelijk als inflatie hedge kunnen worden gebruikt wanneer inflatie wordt verwacht. Dit komt dus gedeeltelijk overeen met de bevindingen van Rubens et al. Inflatie gerelateerde obligaties Een andere manier die doorgaans wordt genoemd om inflatie tegen te gaan, is het investeren in inflatie gerelateerde obligaties. Hierbij zijn de coupons en de hoofdsom gekoppeld aan de huidige inflatie. Hierdoor is de obligatie dus direct beschermd tegen inflatie. Echter beschermt een inflatie gerelateerde obligatie op de korte termijn niet tegen inflatie. De prijs van een inflatie gerelateerde bond gaat omlaag wanneer de opbrengst omhoog gaat, net zoals een gewone obligatie. Wanneer de consumenten prijs index wordt vergeleken met het rendement van inflatie gerelateerde obligaties over periodes van 1 jaar, blijkt dat er weinig
Een bestuursjaar als External Affairs van Asset | Accounting & Finance – Thomas Mols
For English, click here. Wie ben ik? Ik ben Thomas Mols, 22 jaar oud en kom uit Tilburg. Een jaar geleden ben ik in mijn derde jaar van de bachelor International Business Administration actief geworden bij Asset | Accounting & Finance. Na een half jaar commissiewerk te hebben gedaan voor de Finance Expedition werd ik steeds meer bekend met A&F. Ik heb aan bijna elke activiteit deelgenomen en heb zo een hoop mensen leren kennen en mooie herinneringen opgedaan. Naast de studie en A&F ben ik in mijn vrije tijd in de sportschool te vinden en vooral onder de mensen. Waarom heb ik de functie externe gekozen? In het derde jaar van mijn bachelor gingen de corona maatregelen er af en voelde ik het werkende leven al dichterbij komen. Ik had de drang om meer uit mijn studententijd te halen dus ik sloot me aan bij A&F. Door vaak aan te sluiten bij evenementen heb ik de vereniging snel leren kennen. Een bestuursjaar sloot ik altijd uit omdat ik de studie zou moeten pauzeren. Na een goed gesprek met een aantal bestuurders zag ik toch de waarde van een bestuursjaar in en heb ik besloten te solliciteren. Wat mij het meest interesseerde was het praktische werk wat een bestuurder doet. Na een aantal jaar alleen theoretisch bezig te zijn was ik toe aan afwisseling. Daarnaast was ik onzeker van de master die ik wilde doen, en leek het me handig om met een bestuursjaar een beter inzicht te krijgen van de mogelijkheden die verschillende masters bieden. De functie external affairs specifiek trok mij het meeste aan omdat je met veel bedrijven contact hebt en overal een kijkje in de keuken kan nemen. Ik geloofde tegelijkertijd dat ik met deze functie het meeste kon leren. Wat levert het op? Het belangrijkste is dat je samen een bestuur bent. Binnen het bestuur heeft iedereen een functie met afgekaderde verantwoordelijkheden, waardoor iedereen met zijn eigen ‘bril’ naar situaties kijkt en vanuit daar zijn input geeft. De besluiten die genomen worden kom je vaak samen op uit. Je leert tijdens een bestuursjaar enorm goed samen werken. Niet alleen binnen A&F, maar ook samen met de andere Asset departementen ga je in overleg of discussie. Je leert het in kaart brengen van belangen, werken en presteren onder druk en het presenteren van jouw mening of strategie. Naast de rol binnen het bestuur en binnen A&F heb je als external affairs een grote rol naar buiten. Je vertaalt de wensen van bedrijven naar de mogelijkheden die de vereniging kan bieden. Hoe je de vereniging wil positioneren als bestuur vertaalt je als external naar bedrijven en studenten in het contact wat je dagelijks hebt. Tijdens het bestuursjaar leer je dus communiceren in een wisselende context. Door in contact te staan met zoveel mensen, zowel studenten als mensen in het bedrijfsleven, bouw je een enorm groot netwerk op. Een hele nuttige bijkomstigheid voor de toekomst! Wat doe ik als externe? Als winter external affairs start je aan het begin van je jaar de Financial Business Dinner en de Finance Expedition commissies op. Je zorgt dat de commissie leden weten wat hun taken zijn en begeleid ze de rest van het jaar in het werk wat ze doen. Daarnaast ben je verantwoordelijkheid voor alle social media kanalen. Daarin geef je dus vorm aan het beleid wat er in de zomer geschreven wordt door het bestuur. In de zomer schrijf je ook mee aan dit beleid. Je richt je in ieder geval met social media op het vergroten van het bereik van de kanalen. Gedurende het jaar spring je af en toe bij in het organiseren van andere evenementen en activiteiten. Deze werkzaamheden zorgen voor de ontwikkeling die je doormaakt in het samenwerken en communiceren. Een belangrijke taak die je op verschillende momenten in het jaar vervult is het doen van acquisitie voor samenwerkingen met bedrijven. De uitdaging hierin is dat je verschillende manieren hebt om een gesprek aan te gaan. De kunst is om grip te krijgen op de belangen van de andere partij, de context in beeld te krijgen en hier met gepaste manier op in te spelen. Zoals ik eerder aan gaf, ben je ook onderdeel van een bestuur. Naast het bestuur van je eigen department vorm je ‘taskforces’ met andere bestuurders die samen taken oppakken. Dit loopt uiteen tot het organiseren van Master Experience Days tot het bedenken van nieuwe Asset Member Card deals. In de organisatie voor evenementen en de vaste taken die je hebt heb je beperkte tijd. Het is belangrijk dat je daarom prioriteiten stelt en efficiënt werkt. Door het pakket aan taken wat je hebt leer je verantwoordelijkheid dragen en ontwikkel je time management skills. Conclusie Al met al is een bestuursjaar een mooie kans om jezelf te ontwikkelen en doe je gaandeweg mooie herinneringen op. Tot slot bouw je mee aan de gaafste studievereniging van Tilburg!
Een bestuursjaar als Vice-Chairman van Asset | Accounting & Finance – Jonas van Voorst
For the English version, click here. Wie ben ik? Ik ben Jonas van Voorst, 21 jaar oud en kom uit het mooie Den Bosch. Sinds februari 2020 ben ik op kamers gaan wonen en dit bevalt mij erg goed. Ik zit nu in het derde jaar van de bachelor International Business Administration, en volg een aantal vakken ter voorbereiding van de MSc. Economics. Voor mijn bestuursjaar was ik ervan overtuigd om de Accountancy master te volgen, maar sinds ik ben begonnen, ben ik meer aan het oriënteren en heb ik een sterke interesse in Economics gekregen. Verder ben ik begonnen binnen A&F met de Activities Committee een jaar geleden, ik had het erg naar mijn zin en heb daarom besloten om een bestuursjaar te gaan doen. Mijn keuze om een bestuursjaar te gaan doen. De keuze voor een bestuursjaar was eigenlijk vrij snel gemaakt. Ik was nog niet erg overtuigd van mijn keuze om een master te gaan doen, en door corona was mijn studentenleven een tijd op pauze gezet, dus wilde ik deze gaan verlengen. Toen Joep mij belde of ik interesse had om te solliciteren, bedacht ik mij dat dit een goede kans was om te ontdekken waar mijn interesses lagen, en om zo mijn studententijd te verlengen. Verder merkte ik dat ik in mijn studie erg chaotisch was. Een bestuursjaar heeft ervoor gezorgd dat ik een vast ritme heb, en ook veel geordender te werk ga. Zo heb ik een agenda waar ik mijn afspraken in zet, en een schrift waar ik mijn taken bijhoud. Onder meer zijn dit belangrijke soft skills die je ontwikkelt tijdens je bestuursjaar. Ook wilde ik mijzelf ontwikkelen op sociaal gebied, hiervoor ging ik ook bij A&F. Als bestuurder werk ik elke dag met 6 mensen samen, en spreek je binnen A&F en Asset erg veel mensen, dus leer je omgaan met veel verschillende typen mensen. Daarnaast was mijn CV erg leeg, en vond ik een bestuursjaar een erg goede manier om daar verandering in te brengen. Uiteraard doe ik het ook voor mijn plezier, naast de taken die ik heb, doe ik regelmatig leuke dingen met mijn bestuur op de kamers of bij iemand thuis, hierdoor heb ik een goede band die na mijn bestuursjaar nog zal blijven. Ook ben ik bij bijna elk feest aanwezig, en heb ik regelmatig borrels met andere besturen, waardoor ik ook al veel vrienden heb gemaakt! Wat een Vice-Chairman de hele dag doet De takenlijst van een Vice-Chairman is erg vaag, en daarom krijg ik van vrienden vaak de vraag of ik wel iets doe de hele dag naast uitbrakken en een potje Mario Kart. Als Vice-Chairman ben ik voor verschillende dingen verantwoordelijk. Aangezien ik bijna de hele dag op de kamers zit, heb ik een goed gevoel wat er allemaal speelt, en hier heb ik het af en toe over met de voorzitter, Luc. Ook neem ik de taken van de voorzitter over wanneer hij er niet is. Ook heb ik mijn eigen taken nog. Zo ben ik verantwoordelijk voor het interne beleid van A&F. Denk hierbij aan het vullen van de commissies, de informele promotie en ben ik ook verantwoordelijk voor de actieve en passieve leden. Ik regel de study support in de vorm van guidelines, CoEE en verschillende trainingen. Verder organiseer ik de introductieactiviteiten voor de master Accountancy en Finance, bestuurstrainingen, de Citytrip Replacement Activity en de Audit Activity samen met onze secretaris Lars van Maris. Ten slotte zorg ik binnen A&F ook dat de website up-to-date is. Denk hierbij aan evenementen, nieuws, partnerpagina’s. Dit is weer een andere kant dan het informele karakter dus dat vind ik een erg leuke afwisseling. Binnen Asset Tilburg heb ik ook genoeg taken. Ik zit in vier Asset organen: de Public Relations meeting, de Webmaster meeting, het BE-cluster en de Study Support meeting. De Public Relations meeting is een wekelijkse meeting met de Vice-Chairmans van elk departement. Samen organiseren wij onder andere alle informele activiteiten vanuit Asset Tilburg. Denk hierbij aan de Kick-Off party of de Pre-Carnaval party. Ook zijn wij verantwoordelijk voor de meeste promotie voor Asset Tilburg. Zelf ben ik verantwoordelijk voor het budget van de promotie en activiteiten. Verder zit ik ook bij de Webmaster meeting met elk bestuurslid van Asset die de website beheerd van zijn/haar eigen departement. Samen beheren wij ook de website van Asset Tilburg, ook zijn wij bezig met het opnieuw designen van de site. Ook sluit ik elke donderdag aan bij het BE-cluster, samen met S&L, SBIT en Marketing zijn wij verantwoordelijk voor de commissies en activiteiten voor eerste- en tweedejaars Bedrijfseconomie studenten. Ik coördineer twee commissies: de Date Dinner Committee en de Accounting Insight Committee. Vanaf volgend jaar gaat de Vice-Chairman ook de Citytrip Committee coördineren, maar die gaat dit jaar helaas niet door. Wat is het leukste aan de functie van Vice-Chairman? Ik vind verschillende aspecten van de functie Vice-Chairman erg leuk. Toen ik solliciteerde, wist ik dat Vice-Chairman mij verreweg het meest aansprak van de functies. Ik zag regelmatig wat mijn voorganger, Joep, uitvoerde en dit enthousiasmeerde mij. Het leukste vind ik dat je door de gesprekjes met actief leden je een beeld krijgt bij ieder lid, en voor de actief leden ben je ook een aanspreekpunt, dus word je op activiteiten snel aangesproken en leer je snel iedereen kennen. Dit contact is niet alleen erg leuk, maar ook leerzaam doordat je met verschillende soorten mensen leert omgaan Raad ik een bestuursjaar aan? Ik zou een bestuursjaar zeker aanraden! Het is een grote overweging, dus wees niet bang om met een huidig bestuurder te praten. Dit kan erg helpen als je ergens tegen aan loopt of als je een nieuw inzicht wilt. Uiteindelijk is een bestuursjaar een investering in jezelf, waar je nog lang profijt van gaat hebben door jouw ontwikkeling en de connecties, en verder ga je hier met heel veel plezier op kan terugkijken!
De opkomst van venture capital door studenten
For the English version, click here. venture capital wordt vaak gezien als de laatste stap in een financiële en investeringscarrière. Meestal zijn degenen die venture capital fondsen beheren al succesvol geweest in hun vorige pogingen. Voordat iemand de venture capital sector ingaat, is hij vaak de oprichter geweest van een succesvolle startup of heeft hij een uitgebreide carrière binnen de financiële sector achter de rug. Daarom is het geen verrassing dat de gemiddelde leeftijd van venture capital fondsbeheerders boven de 40 jaar ligt. Lange tijd trok niemand deze beschrijving van degenen in de sector in twijfel. In 2012 veranderde dit echter toen Josh Kopelman het Dorm Room Fund oprichtte, het allereerste venture capital fonds gerund door studenten. Het status quo Op het eerste gezicht klinkt het als een vreselijk idee om een venture capital fonds door studenten te laten beheren. Meestal hebben studenten nog geen bedrijfservaring, laat staan dat ze een venture capital fonds kunnen leiden. venture capital fondsen beheren miljoenen dollars van externe investeerders, die worden geïnvesteerd in de risicovolle investeringsmogelijkheden van startups. Daarom is het redelijk dat deze fondsen door ervaren professionals worden geleid, maar niet door studenten. Dus waarom zou een venture capital fonds door studenten moeten worden geleid? Om dit te begrijpen moeten we kijken naar het soort investeringen dat venture capital fondsen doen. venture capital fondsen willen investeren in startende ondernemingen met een buitengewoon groeipotentieel. Zij willen investeren in de startfase van bedrijven, waar het risico groot is, maar de potentiële winst nog groter. Als we ons beperken tot venture capital fondsen in de beginfase, die de eerste investeerders in startups zijn, zien we dat zij binnen twee jaar na hun oprichting in startups investeren. Als we vervolgens ook kijken naar degenen die deze startups zouden oprichten, wordt het voordeel van door studenten gerunde venture capital fondsen duidelijk. De waarde van studenten Mark Zuckerberg, oprichter van Facebook, Larry Page & Sergey Brin, oprichters van Google, Evan Spiegel, oprichter van Snapchat, en te veel meer om op te noemen. Al deze ongelooflijk succesvolle ondernemers begonnen hun respectievelijke bedrijven terwijl ze student waren. En wie denk je dat als eerste van hun idee had gehoord? De ~40 jaar oude fondsmanager, of de studenten die hen persoonlijk kennen. Natuurlijk zullen het de studenten zijn die hen persoonlijk kennen, hun vrienden, hun klasgenoten en hun teamgenoten. Simpel gezegd, door studenten gerund venture capital is veel beter geschikt om het volgende grote ding te vinden voordat het populair is dan elk ander venture capital fonds. Maar daar blijft het niet bij, door de persoonlijke connecties tussen de oprichter van de studentenstart-up en het door studenten gerunde venture capital fonds zijn zij ook in staat om te bepalen of de studentondernemer echt iets ongelooflijks bouwt, of alleen maar op zoek is naar slagkracht. Na de oprichting van het Dorm Room Fund zouden ook andere door studenten gerunde venture capital fondsen in de Verenigde Staten opduiken. Een voorbeeld is Rough Draft Ventures, dat ook in 2012 werd opgericht. Zowel het Dorm Room Fund als Rough Draft Ventures waren gelieerd aan andere venture capital fondsen, respectievelijk First Round Capital en General Catalyst, die nog steeds door typische fondsbeheerders worden gerund. Over het algemeen zijn de andere door studenten gerunde venture capital fondsen in de VS opgezet door universiteiten, waarbij de universiteiten deze fondsen zien als een manier om studenten praktijkervaring te bieden en tegelijkertijd studenten ondernemers te steunen. Terwijl de van de universiteiten afkomstige fondsen relatief klein bleven, zijn zowel het Dorm Room Fund als Rough Draft Ventures enorm gegroeid. Samen hebben zij geïnvesteerd in honderden start-ups. Europa volgt Vergeleken met de Verenigde Staten was Europa iets later van de partij. Het Nederlandse Student Investment Fund was in 2016 het eerste student-run venture capital fonds in Europa, maar werd al snel gevolgd door Campus Capital dat in hetzelfde jaar in het Verenigd Koninkrijk werd opgericht. In de jaren daarna werden meer en meer door studenten gerunde durfkapitaalfondsen opgericht; First Momentum in Duitsland in 2017, Amsterdam Student Investment Fund in Nederland in 2017, of S2S ventures in Zwitserland in 2021 om er een paar te noemen. In de toekomst zal deze trend zich voortzetten. De opkomst van door studenten gerunde durfkapitaalfondsen beperkt zich niet tot de stijging van het aantal fondsen dat er is, maar ook de stijging van het professionalisme. De meeste door studenten gerunde venture capital fondsen blijven beperkt tot een geassocieerde universiteit, opereren op kleine schaal en doen niet veel aan specialisatie, maar enkele door studenten gerunde venture capital fondsen worden onafhankelijk opgericht, bijvoorbeeld Graduate Entrepreneur en Round One Ventures. Beide opereren volledig onafhankelijk en op grotere schaal, en doen meer dan alleen investeren. Terugkijkend naar de Verenigde Staten zien we dat ook The Dorm Room Fund in 2021 zelfstandig is geworden, en er zullen er meer volgen. Wat brengt de toekomst? Het voordeel van studenten binnen venture capital wordt niet over het hoofd gezien door de gevestigde spelers binnen de venture capital industrie zoals Sequoia. Deze fondsen hebben het potentieel van studenten onderkend en proberen daar nu ook munt uit te slaan door studenten ambassadeurs programma’s op te zetten, zodat ook zij die persoonlijke band met studentondernemers kunnen hebben. Al met al moeten de mensen die geloven dat studenten geen plaats hebben binnen de venture capital industrie dit nog maar eens gaan heroverwegen. Bovendien zouden studenten die de industrie willen betreden, maar denken dat ze eerst ervaring nodig hebben, contact moeten opnemen met door studenten gerunde venture capital fondsen, of beter nog, hun eigen fonds moeten beginnen.
Stand van zaken: Hoe zit het met de geldzorgen van studenten anno eind 2022?
For the English version, click here. 17,1%. Dat was de inflatie gedurende afgelopen september in Nederland gemeten door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Sinds de Tweede Wereldoorlog is de inflatie nog nooit zo hoog geweest. Het CBS volgt de Europees geharmoniseerde consumentenprijsindex (HICP) om de inflatie te berekenen. Uit deze methode blijkt dat er hoofdzakelijk een boosdoener is die de inflatie de pan uit deed stijgen namelijk de sterk gestegen energieprijzen. Ter vergelijking, ten opzichte van september vorig jaar vallen de energieprijzen in september 2022 114% procent hoger uit. Toeslagen en belastigen Uiteraard gaat de focus vervolgens direct naar gezinnen met een laag inkomen die op het kantelpunt staan om de energierekening niet meer te kunnen betalen. Een middel dat is ingesteld om deze gezinnen te helpen is de mogelijkheid tot aanvraag van een energietoeslag. Dit is een eenmalige onbelaste uitkering van gemiddeld 1300 euro met een eventuele bonus van 500 euro als het inkomen erg laag is. De precieze vereisten en bedragen verschillen echter per gemeente. Op Prinsjesdag maakte de overheid bekend om de steun voort te zetten en verder uit te breiden. Zo blijft de mogelijkheid tot energietoeslag bestaan en komt er een verhoging van de zorgtoeslag, verhoging van het kind gebonden budget, verlaging van de energiebelasting en verlaging van de brandstofaccijnzen. Om deze plannen te financieren is er maar liefst 17 miljard opgenomen in de begroting waarvan er 12 miljard gericht zijn om de lagere inkomens te helpen. Ook voor inkomens in de middenklasse wil de overheid gaan ondersteunen door middel van onder andere een verhoging van het minimumloon en een verlaging van het tarief van de eerste loon- en inkomstenbelasting schijf. Koopkracht Ondanks de intensieve maatregelen verwacht de overheid dat de koopkrachtdaling van 6,8% voor gemiddelde huishoudens in 2022 niet omgezet kan worden in een plus en enkel een vermindering van de negatieve trend kan realiseren. Het blijkt dus dat de overheid zich bewust van stand van zaken op dit moment en dat er actie moet worden genomen om zowel de lage inkomens als zelfs de middenklasse te helpen om deze in het bijzonder financieel zware tijd door te komen. Studenten Echter is het ook interessant om een blik te werpen op studenten aangezien zij deze prijsstijging ook zullen voelen. Ten eerste is er een positieve noot. Namelijk de terugkomst van de basisbeurs. Waar het voorheen enkel mogelijk was om rentevrij te lenen krijgen uitwonende studenten in het collegejaar 2023/2024 €439 per maand uitbetaald als gift. Dit bedrag is inclusief de €165 die bovenop de eerder aangekondigde basisbeurs komt. Ook de eerder genoemde verhoging van het minimumloon zal bijdragen aan de koopkracht van studenten. En ten slotte de stijging van de zorgtoeslag (€30 per maand) geeft een steun in de juiste richting. Echter gaan deze regeling pas laat op start en biedt deze vooral steun aan beginnende studenten. De generatie die inmiddels een aanzienlijke studieschuld heeft opgebouwd en einde van de studie nadert zal hier minder van profiteren. De herinvoering van de basisbeurs is echter duidelijk te verklaren aangezien in de afgelopen 7 jaar de studieschuld is verdubbeld. Ook blijkt dat studenten slechts in 8 gemeenten in aanmerking komen voor de eerder genoemde energietoeslag, als aan strenge eisen zoals 21+ en eigen energiecontract is voldaan. Andere factoren Wat wel opvallend is dat de koopkracht van studenten voor de tijd van hoge inflatie al laag was. Zo meldt het interstedelijk studenten overleg (ISO) in 2019 al dat er een negatieve trend vast te stellen valt door de stijgende huurlasten van kamer en de toename van collegegeld. Al met al, kan men stellen dat de overheid een hand toereikt om de studenten te helpen om deze financieel zware tijd door te komen, maar dat deze maatregelen slechts een hulpmiddel zijn en niet de oplossing. En dat studenten het net als andere bevolkingsgroepen de gevolgen van de inflatie zullen voelen.