Dela -de uitvaartverzekeraar en -verzorger- heeft een unieke benadering als het gaat om beleggen. In plaats van puur winstgedreven beslissingen, richt Dela zich op het creëren van waarde voor haar leden en het maken van duurzame, verantwoorde keuzes. In dit interview deelt Frank Eizinga, Chief Investment Officer, zijn inzichten over hoe Dela’s sociale missie de beleggingsstrategie beïnvloedt. Van het kiezen van asset managers tot het vinden van de balans tussen rendement en duurzaamheid en alles daar tussen, gedreven door nieuwsgierigheid. Het resultaat is een boeiende blik op hoe beleggen niet alleen gaat over cijfers, maar ook over waarden en visie op de lange termijn. “Van werktuigbouwkunde naar beleggen: een onverwachte weg” Frank Eizinga vertelt dat zijn professionele loopbaan begon in een andere richting dan waar hij uiteindelijk is beland. “Ik heb werktuigbouwkunde gestudeerd, eigenlijk totaal iets anders,” begint hij. “Maar tijdens mijn studie begon ik steeds meer geïnteresseerd te raken in statistiek en in de financiële markten. Opties trokken me enorm aan; ik begon zelf boeken te lezen, ging handelen, en dacht op een gegeven moment: hier wil ik toch meer van weten. Een omweg via een CFA, en nu zijn we hier.” Deze interesse in opties, een relatief onbekend terrein destijds, bracht hem in de wereld van beleggen. Hij startte als marketmaker. “Dat was een enorme stap, maar wel een die goed voelde, omdat ik mezelf uitdaagde in iets wat ik echt interessant vond.” Frank werkte later bij Simon Cohen en Petercam, waar hij zich bezighield met vermogensbeheer -voor vermogende particulieren- en leerde om te gaan met lange termijn beleggingen in grotere portefeuilles. Uiteindelijk vond hij zijn plek bij Dela in 2011. “Ik begon hier als portfolio manager, verantwoordelijk voor aandelen en obligatiemandaten. Sinds 2014 heb ik de verantwoordelijkheid over de gehele portefeuille. Het mooie aan Dela is dat het niet alleen om geld verdienen gaat; we hebben een sociale missie.” Deze sociale inslag van het bedrijf sprak hem direct aan. Dela’s oorsprong gaat terug naar de jaren 30, toen een groep mensen uit Eindhoven geld inzamelde om waardige uitvaarten mogelijk te maken voor mensen die dat zelf niet konden betalen. “Die cultuur is blijven bestaan. We zijn een coöperatie, geen beursgenoteerd bedrijf, en de winst vloeit terug naar onze leden, niet naar externe aandeelhouders. Dat geeft een ander gevoel aan het werk dat we doen.” “Bij Dela draait het niet alleen om rendement” Wat Dela volgens hem echt anders maakt, is de missie gedreven aanpak. “Bij Dela draait het niet om zo veel mogelijk winst voor aandeelhouders. De mensen die bij ons een verzekering hebben afgesloten, zijn de eigenaren van het bedrijf want het is een coöperatie. Wij werken voor hen, en dat brengt een andere verantwoordelijkheid met zich mee.” Hij legt uit dat de winst uit beleggingen direct terugvloeit naar de poliswaarde van de leden. “Hoe meer rendement wij behalen, hoe lager de premies uiteindelijk kunnen zijn voor onze leden. Dat is ons doel.” Frank benadrukt dat dit unieke model invloed heeft op de cultuur binnen Dela. “Er werken bij Dela zo’n 2500 mensen, waarvan het grootste deel in uitvaartcentra en crematoria. Wij zijn een kleine vermogensbeheerafdeling binnen een groot bedrijf dat vooral gericht is op maatschappelijke impact. Daardoor voelen wij ons soms wel een beetje de vreemde eend in de bijt. Ons team van tien personen -een klein groepje- is wél meer resultaat gedreven. Dat moet ook: een portfolio van 9 miljard betekent bijna een miljard de man dat geïnvesteerd dient te worden.” Het feit dat Dela niet afhankelijk is van externe investeerders geeft hen ook een zekere vrijheid. “Het is geen beursgenoteerd bedrijf, en dat geeft rust. We kunnen keuzes maken die misschien op korte termijn niet direct rendement opleveren, maar die wel bijdragen aan de lange termijndoelen van het bedrijf en onze leden.” Top-down: 80% van het rendement wordt gegenereerd uit de allocatiebeslissingen Dela hanteert een een bepaalde structuur voor de beleggingen, waarbij duidelijke richtlijnen en processen gevolgd worden. “Onze beleggingskeuzes beginnen altijd top-down,” legt Frank uit. “Eerst heb je de allocatie; daar bepalen we hoeveel we beleggen in de hoofdcategoriën zoals aandelen en obligaties. Het tweede niveau gaat daar dieper op in: binnen die categorieën, binnen welke regio’s investeren we, en in welke sectoren? Een voorbeeld: beleggen we in winkels, woningen of een andere sector?” Frank vervolgt: “Het laatste niveau is de selectie zelf; welk pand of aandeel beleggen we dan in? Die laatste stap, dat is heel bewerkelijk. Omdat Dela wereldwijd belegt, wordt een groot deel van de selectie uitbesteed aan gespecialiseerde partijen.” “Ik kan niet zelf overal in thuis zijn; dat zou betekenen dat ik een team van honderden mensen nodig zou hebben. Dus wij richten ons op de grote lijnen en besteden de detailselectie uit. Tachtig procent van het risico-rendement vloeit uit de allocatiebeslissingen.” Die andere 20 procent is in de essentie stockpicking, en besteedt Dela uit aan externe partijen die daar een team van specialisten op kunnen zetten. “Onze aanpak bij het selecteren van asset managers” Het kiezen van assetmanagers -die vervolgens de individuele investeringen uitkiezen- gaat volgens een gedetailleerd process. Dela volgt een strikt gestructureerde beleggingsmethodiek die wordt omschreven volgens de ‘acht P’s’. Frank begint zijn verhaal lachend: “Het waren ooit vijf P’s, maar het zijn er inmiddels acht. Die acht criteria geven richting aan de selectie en het beheer van Dela’s portefeuille.” Parent: “Je begint bij het bedrijf zelf, de ‘parent’. Wat voor soort bedrijf is het, en hoe is de cultuur? Sommige bedrijven sluiten we direct uit omdat hun cultuur niet past bij die van ons.” Philosophy: “De filosofie moet passen bij onze manier van denken over beleggen. Als wij in een bepaalde markt geloven in een fundamenteel bottom-up benadering, dan past een manager die alleen een top-down macro-strategie hanteert niet bij ons.” Process: “Het proces zelf is ook belangrijk. Hoe werkt het proces in de praktijk? Soms beweert een partij een bottom-up benadering te hebben, maar uiteindelijk blijkt dat ze vooral top-down werken.” Portfolio: De volgende stap is het analyseren van de portefeuille. “Dit